Dionysiuskerk door de jaren heen.
(met dank aan Wikipedia en Hetty Peterse, architectuurhistoricus).
Totdat er een nieuwe kerk gebouwd zou zijn in Heijen werd er een noodkerk ingericht bij Zaal Hermsen (1955).
De communiebank op de linkse foto is vandaag de dag nog in de huidige kerk te vinden.
Van het “Rijke Roomse Leven” is niet veel overgebleven.
De kerk in Heijen kwam niet
ongeschonden de oorlog door.
De verwoestingen waren van dien
aard dat een nieuwe kerk gebouwd
moest worden.
Rond 1950 is pastoor Rutten in Heijen benoemd. Dankzij zijn inzet werd er weer een kerk gebouwd in Heijen.
Hij wist wederopbouwgelden bij de hoge heren in Den Haag los te peuteren en ook dankzij de collectes kreeg hij
het voor elkaar dat de nieuwe kerk en pastorie betaald konden worden. Hij was graag in Heijen gebleven, maar
kon het verzoek van de bisschop om naar Kessel te gaan, moeilijk naast zich neerleggen.
In 1955 wordt gestart met de bouw van de nieuwe kerk. Het is het
eerste bouwwerk in de omgeving van de huidige lokatie. Er wordt
op dit moment nog volop gebouwd in Heijen. De kerk staat nog in
een “lege” omgeving.
De nieuwe kerk werd gebouwd door de Fa. J. Coenders uit Arcen.
Architecten waren Fr.H. Stoks uit Venlo en A.J. Raets uit Amsterdam.
Het resultaat is een zeer solide gebouwde kerk dat de eeuwen kan
doorstaan.Eerste steenlegging 1954.
Op 10 oktober werd door pastoor L. Rutten en Deken H. Jansen uit
Gennep de eerste steen gelegd voor de nieuwe kerk. De hierbij
gehouden collecte bracht fl. 2200,= op.
Zoals gebruikelijk bij bouwwerken van enige importantie werd ook de kerk op een ansichtkaart uitgebracht.
Deze ansichtkaart was verkrijgbaar bij de VVV in de Schoolstraat zoals te lezen valt op de achterzijde.
Waarschijnlijk stond al in de 9e eeuw een katholieke kerk in
Heijen, vermoedelijk in romaanse stijl. Tussen 1300 en 1450
werd een nieuwe vroeg-gotische kerk gebouwd, waarvan het
priesterkoor als afkomstig uit 1450 werd gedateerd. In 1852
werd het oude schip van de kerk gesloopt, om plaats te
maken voor een ruimer opgezet schip in Waterstaatstijl.
Door een storm in 1889 beschadigde de toren; in 1890
werden naar een ontwerp van Caspar Franssen een nieuwe
toren en doopkapel gebouwd.
Architect Franssen was een leerling van de beroemde P. J. H. Cuypers. De kerk is een neogotische
pseudobasiliek (pseudo omdat er geen vensters in het middenschip boven de zijbeuken waren). De kerk was
opgetrokken uit baksteen met natuurstenen accenten, de daken waren bedekt met leien in maasdekking.
Foto rechtsboven:De kerk stond destijds aan de Rijksweg (tegenwoordig Hoofdstraat) links naast het kerkhof.
Je kijkt vanuit richting Gennep in de richting Bergen/Venlo.
Vlak voor de evacuatie in de oorlogsjaren werden tal van meubels en andere waardevolle spullen in de kelder
van de kerk verstopt in de hoop die na terugkomst weer te kunnen gebruiken.
In de oorlog lag de kerk regelmatig onder vuur en werd toen danig beschadigd. Alleen de sacristie bleef
gespaard en werd enkele jaren door het gezin Sjef Seuren bewoond. Daarna vond de bibliotheek er onderdak
en zondags repeteerde de toenmalige boerenkapel er.
Kort na de bevrijding werd de kerk afgebroken. Hannes Rühl beschikte over kar en paard. Hij verzorgde het
transport van het puin naar het Slangenrat (waar nu de Groote Heeze is). Het legde hem bepaald geen
windeieren! Met een lier en een staalkabel werden stukken muur naar beneden gehaald. Onder de vloer van
de kerk lagen ook delen van skeletten. Dat de kerk gesloopt werd was pijtig maar helaas niet anders was. De
kroonluchter en een Mariabeeldje zijn gespaard gebleven en overgebracht naar de nieuwe kerk. Van de oude
communiebank is het huidige altaar gemaakt.
Het kerkhof ligt nog op dezelfde plaats als toen, is alleen wat
in noordelijke richting uitgebreid omdat daar ruimte kwam na
sloop van de kerk. Grafstenen waren er in het begin
nauwelijks. In plaats daarvan werd een conifeer op een graf
geplaatst. Wim heeft daardoor nog lang een hekel aan de reuk
van coniferen gehad. Het “dodenhuuske” (dat bewaard is
gebleven) had aan de straatzijde ook een ingang. Het was
eigenlijk bedoeld voor opslag van onderhoudsmateriaal, maar
soms werd het ook gebruikt om daar een drenkeling of een
zelfdoder op te baren.
(Kleed)stoel op het toneel voor pastoor en misdienaars.
Joseph C.J. Kessels,
koster
vanaf 1955 tot ???
Johannes Linssen, Th.
organist en koster
1951-1955
Gerardus J. Donker
koster
1906 - 1951.
Th.J. Jaspers 1980
tot ?
Math. P. Pijpers
1961 - 1980
Lamb.H. Rutten
1946 - 1961
Gerard. P.A.H. Stoot
1940 - 1946
Frans Jos. Heijnen
1934 - 1940
Elbertus Peeters
1929 - 1934
Lamb. Ramaekers
1909 - 1929
Oorlogsmonument 1986.
Oorlogsmonument is
gemaakt in 1968/1969.
Ter nagedachtenis aan de
slachtoffers van de
Tweede Wereldoorlog
werd in de doopkapel een
speciaal raam
aangebracht, ontworpen
en gemaakt door
kunstenaar Wim Klabbers
uit Milsbeek. In 1986
werd een tableau
aangebracht met de
namen van de
slachtoffers
Mozaïk in wording 1985.
Voorste rij v.l.n.r. Pastoor Th.
Jaspers en broeder P. Werker uit
Gemert, ontwerper en maker van
het mozaďk. Boven naar beneden:
C. Maas en G. Burgers.
Nieuwe kerk gereed 1955
Beeld van de H. Jozef
19e eeuw.
Maria in drieluik.
Het jaartal is onbekend,
stamt niet uit de oude
kerk. Het is één van de
oudste bijbelse
afbeeldingen van
Maria's taak. Zij wordt
hier afgebeeld als de
nieuwe Eva (appel,
slang, verloren
paradijs) die de kop
van het serpent zal
verpletteren door de
wereld(bol) een
Verlosser te schenken.
Mariabeeld 1912
Maria op wereldbol 1695.
Dit Mariabeeld is
afkomstig van het
hoofdaltaar uit de oude
kerk. Voorstellende:
Maria als Uitdeelster der
Genade.
Maria staande met Kind
op de linkerarm en in
de rechterhand een
scepter. Het H. Kind
draagt de wereldbol en
Maria draagt een
beugelkroon.
Dionysiusbeeld 1850.
Houten beeld van de
patroonheilige van de
parochie.
De geestelijke verzorgers door de jaren heen…