Beeldhouwer Peter Roovers
Peter Roovers werd op 5 mei 1902 in Rotterdam geboren. De vader van Peter Roovers was architect in Rotterdam. Deze wilde dat zoon Peter notariaat ging studeren, maar Peter werd beeldend kunstenaar. Roovers studeerde aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Rotterdam, de École des Beaux Arts in Parijs en het atelier van Émile-Antoine Bourdelle, leerling van Auguste Rodin. Na enkele jaren van omzwervingen door m.n. Frankrijk vestigde hij zich in Mook (1936-1949) en later Heijen (1949-1993). Op zoek naar een betere atelierruimte werd hij geattendeerd op het kasteel Heijen, een complex dat in de Tweede Wereldoorlog erg was beschadigd, zeg gerust een ruïne. De doorslag gaf in feite de Tiendschuur, dat een prachtig atelier zou kunnen worden. Samen met zijn echtgenote Louise Nederveen restaureerde hij het kasteel tot het huidige ‘Huys Heijen’, geïnspireerd door J.M.H.F.J. baron de Weichs de Wenne (1888-1965), burgemeester van Wanssum en Meerlo en Jhr dr E.O.M. van Nispen tot Sevenaer, directeur van Monumentenzorg. Op 21 november 1949 trokken ze erin. Roovers werkte werkte in vele verschillende materialen waaronder brons, steen, hout, etcetera. Hij ontwierp en vervaardigde vele oorlogsmonumenten, fonteinen, religieuze kunst, decoraties aan openbare gebouwen, en aan de passagiersschepen van de Holland America Lijn , naakten en portretten. Religieuze beelden en oorlogsmonumenten, vooral in Zuid-Nederland, waren zijn belangrijkste opdrachten. Verder maakte hij in opdracht van verschillende opdrachtgevers, bustes en portretten van de opeenvolgende vorstinnen Wilhelmina, Juliana en Beatrix. Hij mocht zich de eerste en wellicht enige kunstenaar noemen die ooit drie generaties koninginnen heeft mogen portretteren. De beelden in de regio Heijen die wel tot de bekendste behoren zijn: Kiste Trui, Raadhuisplein Mook Madonna en Kind Hommersumseweg Heijen dat door hem aan het dorp Heijen geschonken werd. Roovers is jarenlang (sinds 1962) beschermheer van het Gilde van Heijen geweest. Een functie die hij met verve bekleedde. Toen hij in 1993, op 90-jarige leeftijd, overleed werd hij dan ook begeleid door het Dyonisiusgilde, terwijl hij in een antieke lijkkoets met 2 zwarte Friese paarden ten graven werd gereden.